Algemene grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in het Besluit
Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en gelet op artikel 216 van de
Provinciewet en de Financiële verordening Drenthe 2012, waarin Provinciale Staten op 14-11-2012 de
uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de
inrichting van de financiële organisatie hebben vastgesteld.
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
Waardering van passiva en activa alsmede de bepaling van het resultaat vinden in principe plaats op
basis van historische kosten. Activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde. Baten en
lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben, onverschillig of zij tot
inkomsten of uitgaven in dat jaar hebben geleid. Baten en lasten worden daarbij verantwoord tot hun
brutobedrag. De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel worden in het vervolg van deze
jaarrekening toegelicht.
Vaste activa
Vaste activa zijn bedoeld om de uitoefening van de werkzaamheid van de provincie duurzaam te
dienen.
Algemeen
Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vaste activa een toelichting gegeven. Alle bedragen in
de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.
Immateriële vaste activa
Het BBV kent de volgende drie soorten immateriële vaste activa:
– De kosten die zijn verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio.
– De kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief.
– De bijdragen aan activa in eigendom van derden.
De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen van derden, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen.
Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het
boekjaar in aanmerking genomen.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd indien aan de volgende vereisten is
voldaan.
– Er is sprake van een investering door een derde.
– De investering draagt bij aan de publieke taak.
– De derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is
overeengekomen.
– De bijdrage kan door de provincie worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de
provincie anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.
Op de geactiveerde bijdragen aan activa in eigendom van derden wordt afgeschreven, waarbij de
afschrijvingsduur maximaal gelijk is aan de verwachte gebruiksduur van de activa waarvoor de
bijdrage aan derden wordt verstrekt. Wij hanteren volgens de financiële verordening een maximale afschrijvingstermijn van 15 jaren.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Be bijdragen in activa in eigendom van derden zijn als volgt te specificeren:
(x € 1.000,--) | Boek-waarde | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Afwaard- eringen | Boek- |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 15.246 | 49 | 1.781 | 13.514 | |||
Totaal | 15.246 | 49 | 1.781 | 13.514 |
Materiële vaste activa
Materiële vaste activa zijn fysiek aanwezige activa. Het BBV kent de volgende soorten materiële vaste
activa:
– Investeringen met een economisch nut;
– Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan
worden geheven;
– Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut.
Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of indien ze kunnen
bijdragen aan het genereren van middelen. Alle investeringen met een economisch nut worden
geactiveerd.
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut worden geactiveerd en over de
gebruiksduur afgeschreven.
M.i.v. 1 januari 2015 geldt voor natuurruilgrond dat deze wordt gewaardeerd op basis van de
verkrijgingsprijs of de lagere marktwaarde. De natuurruilgronden die onder de materiële vaste activa zijn verantwoord, betreffen gronden die tijdelijk in bezit van de provincie Drenthe zijn. Het grootste gedeelte van deze voorraad blijft gedurende een langere periode in bezit en wordt in de tussentijd beheerd (verpacht aan de boeren, ingericht als natuur). Naar verwachting is in 2028 de grondpositie volledig afgelopen.
De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs
en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en
hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen die
direct gerelateerd zijn aan het actief, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens
duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden
onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.
Ten aanzien van investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut geldt tot aan
investeringsdatum 31 december 2016 dat eventuele bijdragen uit de reserves (BDU) in mindering zijn
gebracht op deze investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Ten aanzien van
investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden
geheven geldt dat vanuit de spaarcomponent van heffingen gevormde voorzieningen voor
toekomstige vervangingsinvesteringen met economisch nut in mindering zijn gebracht op de in het
boekjaar gepleegde investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een
heffing is geheven. Over het resterende bedrag wordt afgeschreven.
De op de oorspronkelijke verkrijgings- of vervaardigingsprijs toegepaste jaarlijkse afschrijvingen
corresponderen met een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur (kortste
van de geschatte economische levensduur óf technische gebruiksduur) van de geactiveerde objecten
en voorzieningen.
Schattingswijziging
De gehanteerde afschrijvingstermijnen kennen hun basis in de Financiële verordening Drenthe 2012
(datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 14 november 2012), maar in de begroting van 2019 zijn schattingswijzigingen hierop toegepast naar aanleiding van de in de praktijk gebleken werkelijke gebruiksduur van een aantal investeringen. Ook zijn daardoor enkele uitsplitsingen en toevoegingen gemaakt. Dit is gebeurd vooruitlopend op een nieuwe financiële verordening in 2019, waarbij de nieuwe financiële verordening als kapstok zal fungeren van een aantal beleidsnotities, die hieraan gekoppeld worden. In de begroting van 2019 is ook expliciet opgenomen dat we de uitgangspunten voor het afschrijven die in de begroting staan vermeld, ook toegepast gaan worden voor de Jaarstukken 2018. De bestaande (rest)boekwaarden zijn niet herrekend maar worden over de aangepaste verwachte gebruiksduur afgeschreven.
De afschrijvingen worden berekend volgens de lineaire of de annuïteitenmethode. Afschrijvingen geschieden daarnaast onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Met afschrijven wordt begonnen in het begrotingsjaar dat volgt op het jaar waarin het actief technisch en financieel gereed is gekomen / is verworven. Op gronden wordt niet afgeschreven, tenzij de grond deel uitmaakt van een investering in de openbare ruimte met maatschappelijk nut. Eventuele boekwinsten bij inruil of afstoting van een kapitaalgoed zijn als incidentele bate in de jaarrekening verwerkt.
Nieuw is dat als gevolg van de wijziging in het BBV (Notitie materiële vaste activa) de lonen die worden ingezet voor investeringen per saldo niet meer mogen worden verantwoord als jaarlast. Het gaat hierbij om de directe projectkosten. Die lonen worden doorbelast naar investeringsprojecten. Bij overhead heb je een keuzevrijheid. We hebben ervoor gekozen om de overheadkosten niet toe te rekenen aan investeringen.
Duurzame waardevermindering van vaste activa
Afwaardering van bedrijfseconomisch vastgoed vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager
is dan de boekwaarde. Lagere taxatiewaarden dan de boekwaarden van onroerende zaken zijn hierbij
als duurzame waardedaling in aanmerking genomen. Afwaardering van maatschappelijk vastgoed
vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde en er ten opzichte van de
huidige functie geen (bestuurlijke) intentie is voor duurzame exploitatie.
Buiten gebruik gestelde vaste activa
Indien een vast actief buiten gebruik is gesteld, heeft op het moment van buitengebruikstelling een
afwaardering van de boekwaarde plaatsgevonden naar de lagere restwaarde.
Afschrijvingen
De volgende afschrijvingstermijnen gelden.
Investering | Afschrijvingstermijn (in jaren) |
---|---|
Gronden en terreinen | n.v.t. |
Woonruimten | 50 |
Gebouwen (grote verbouwing: aansluiten bij restant afschrijving) | 50 |
Verbouwing/revitalisering | 20 |
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken, waaronder: | |
- sluizen | 90 |
- bruggen en viaducten | 90 |
- (voorzieningen bij) waterwegen | 30 |
- (aanleg van) wegen | 20 |
- rotondes en verkeersdrempels e.d. | 20 |
- betonnen beschoeiingen | 50 |
Vervoersmiddelen | 5 |
Machines, apparaten en installaties lang | 30 |
Machines, apparaten en installaties middel | 15 |
Machines, apparaten en installaties kort | 10 |
Overige materiële vaste activa, waaronder: | |
- inventarissen (waaronder meubilair) | 10 |
- schilderijrekken | 20 |
- isolatieglas | 20 |
- audio/videoapparatuur en telefooncentrale | 8 |
- multimedia, beveiligscamera's | 5 |
- automatisering (ICT-systemen) | 4 |
- software | 4 |
- tablets | 4 |
- smartphnes | 2 |
Immateriële activa | maximaal 5 |
m.u.v. bijdragen aan activa in eigendom van derden | maximaal 15 |
(Het gebruiksrecht voor onbepaalde duur op) software is als afzonderlijk actief opgenomen onder de
materiële vaste activa als investering met economisch nut.
De lasten samenhangend met de uitvoering van klein en groot onderhoud en het baggeren van
watergangen zijn niet levensduurverlengend en zijn daarom niet geactiveerd, maar direct ten laste
van de exploitatie of de gevormde voorziening gebracht.
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de materiële vaste activa gedurende
het jaar.
(x € 1.000,--) | Boek-waarde 01-01-2018 | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Af-waard- eringen | Boekwaarde 31-12-2018 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Investeringen met economisch nut | |||||||
Gronden en terreinen | 22.083 | 14.497 | 10.108 | 26.472 | |||
Bedrijfsgebouwen | 0 | 130 | 60 | 70 | |||
Machines, apparaten en installaties | 3.609 | 977 | 1.129 | 3.457 | |||
Totaal | 25.692 | 15.604 | 0 | 1.189 | 29.999 |
(x € 1.000,--) | Boek- | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Afwaard- eringen | Boek- |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut vanaf 1-1-2017 (“nieuwe” wetgeving) | |||||||
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 29 | 2.846 | 105 | 2.770 | |||
Bedrijfsgebouwen | 0 | 1.682 | 16 | 1.666 | |||
Machines, apparaten en installaties | 0 | 312 | 55 | 257 | |||
Totaal | 29 | 4.840 | 0 | 176 | 4.693 | ||
(x € 1.000,--) | Boek- | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Afwaard- eringen | Boek- |
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut tot 1-1-2017 (“oude” wetgeving)) | |||||||
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 66.256 | 13.961 | 3.835 | 860 | 75.522 | ||
Bedrijfsgebouwen | 25.126 | 1.205 | 23.921 | ||||
Machines, apparaten en installaties | 6.006 | 411 | 698 | 34 | 5.685 | ||
Totaal | 97.388 | 14.372 | 5.738 | 894 | 105.128 | ||
Totaal investeringen met maatschappelijk nut | 97.417 | 19.212 | 0 | 5.738 | 1.070 | 0 | 109.822 |
Presentatiewijziging investeringen in materiële vaste activa | ||
Artikel 20 en 35 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) bepaalt dat bij de investeringen onderscheid moet De boekwaarde van de materiële vaste activa is ten opzichte van 31 december 2017 toegenomen met Verder verwijzen we naar paragraaf III.1.1 Investeringen voor een specificatie van de investeringen. |
Financiële vaste activa
Het BBV kent de volgende soorten financiële vaste activa:
- kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen, gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden
partijen;
- leningen aan openbare lichamen, woningbouwcorporaties, deelnemingen en overige verbonden
partijen;
- overige langlopende leningen;
- uiteenzettingen in ‘s Rijks schatkist met rentetypische looptijd van één jaar of langer;
- uiteenzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd van één jaar
of langer;
- overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer.
De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs
en de bijkomende kosten), de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens
duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden
onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Waar nodig is een voorziening gevormd voor verwachte oninbaarheid of incourantheid van de verstrekte lening. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de marktwaarde van de aandelen daalt tot onder de verkrijgingsprijs, vindt afwaardering naar deze lagere marktwaarde plaats.
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2018:
(x € 1.000,--) | Boek- waarde 1-1-2018 | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen/ aflossingen | Waardever-mindering | Boek- waarde 31-12-2018 |
---|---|---|---|---|---|---|
Kapitaalverstrekkingen aan: | ||||||
- deelnemingen | 26.126 | 1.353 | 24.773 | |||
Totaal kapitaalverstrekkingen | 26.126 | 24.773 | ||||
(x € 1.000,--) | Boek- waarde 1-1-2018 | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen/ aflossingen | Doorgevoerde waardever-mindering | Boek- waarde 31-12-2018 |
Leningen aan: | ||||||
- openbare lichamen | 47.000 | 47.000 | ||||
- deelnemingen | 7.984 | 7.984 | ||||
Totaal leningen u/g | 54.984 | 54.984 | ||||
(x € 1.000,--) | Boek- waarde 1-1-2018 | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen/ aflossingen | Doorgevoerde waardever-mindering | Boek- waarde 31-12-2018 |
Overige langlopende leningen | 48.354 | 45.931 | 6.223 | 348 | 87.714 | |
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer/Obligaties | 26.877 | 7.000 | -61 | 19.938 | ||
Totaal overige langlopende leningen/Obligaties | 75.231 | 45.931 | 0 | 13.223 | 287 | 107.652 |
Kapitaalverstrekkingen en deelnemingen
De provincie Drenthe bezit belangen in diverse instellingen. Deze effecten zijn bestemd om duurzaam
ten dienste van de eigen bedrijfsuitoefening te staan.
De volgende belangen zijn per 31 december 2018 in het bezit van de provincie Drenthe.
Specificatie deelnemingen | |||||
---|---|---|---|---|---|
( x 1.000) | aandelen | Intrinsieke waarde | Boekwaarde per 31-12-18 | Stille reserve | Nominale waarde |
NV Bank Nederlandse Gemeenten | 87.750 | 7.382 | 199 | 7.183 | 219 |
Groningen Airport Eelde | 2.760 | 3.966 | p.m. | 3.966 | 1.242 |
Nederlandse Waterschapsbank | 40 | 1.097 | 4 | 1.093 | 5 |
Enexis Holding NV | 3.549.845 | 90.308 | 4.323 | 85.985 | 3.550 |
Vordering op Enexis BV | 47.433 | 1 | 1 | ||
Verkoop Vennootschap BV | 45.621 | 4 | 4 | ||
CBL Vennootschap BV | 45.621 | 3 | 3 | ||
CSV Amsterdam BV | 45.621 | 20 | 20 | ||
Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV | 3.414.335 | 37 | 37 | 34.143 | |
Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij | 19.062 | 20.128 | 8.650 | ||
NV Waterbedrijf Drenthe | 973 | 22.372 | 18 | 22.354 | 49 |
Drentse Holding BV (MKB Fonds Drenthe) | 100 | 10.652 | 100 | 10.552 | 100 |
Totaal | 135.842 | 24.773 | 131.198 | 47.958 |
De dividendopbrengsten moeten worden verantwoord in het jaar waarin het recht op het ontvangen
van dividend ontstaat. Omdat de algemene vergadering van aandeelhouders pas in het jaar t+1 beslist over het dividend, moet het dividend worden verantwoord in de jaarrekening van het jaar t+1. Op basis hiervan is het dividend opgenomen, dat in 2018 is ontvangen. De aandelen zijn op de balans opgenomen tegen de verkrijgingsprijs. Bij Vordering op Enexis BV, Verkoop Vennootschap BV, CBL Vennootschap BV en CSV Amsterdam BV is geen boekwaarde vermeld omdat de verkrijgingsprijs van het aandelenpakket één euro was. Om inzicht te geven in een reëlere waarde is tevens de stille reserve die in de waarde van de aandelen verscholen zit, aangegeven. Deze waarde is berekend door rekening te houden met de intrinsieke waarde van de deelnemingen en de verhouding van het aandelenbezit van de provincie t.o.v. de andere aandeelhouders. De aandelen van Groningen Airport Eelde NV zijn p.m. gepresenteerd, aangezien de waarde van deze aandelen lager is dan de nominale waarde.
Aandelen NOM
Als gevolg van tegenvallende resultaten in de totale portefeuille van deelnemingen/participaties van de Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij (NOM) is de marktwaarde van het aandeel van de provincie in de NOM ultimo 2018 lager dan de oorspronkelijke verkrijgingsprijs van € 21,5 miljoen. Hiervoor is ten laste van de Risicoreserve een voorziening getroffen voor de lagere marktwaarde voor een bedrag van € 1,35 miljoen.
Bij de waardering van de aandelen van de NOM (en de ultimo 2018 getroffen voorziening voor de lagere marktwaarde) is rekening gehouden met de in het addendum d.d. 16 november 2016 overeengekomen afspraken met het Rijk, zoals dat bij de aankoop van de aandelen in de NOM van het Rijk in 2016 is vastgelegd. In dit addendum is met het Rijk overeengekomen dat een daling van de benaderde marktwaarde van een deel van de participaties van de NOM na de overnamedatum (zijnde 1 januari 2016) bij verkoop van de betreffende participatie(s) door de NOM wordt verrekend met het Rijk als correctie op de koopsom van het in 2016 verworven aandelenbelang. Daarnaast is met het Rijk overeengekomen dat een stijging van de benaderde marktwaarde van een deel van de participaties van de NOM na de overnamedatum (zijnde 1 januari 2016) bij verkoop van de betreffende participatie(s) door de NOM voor een deel toekomt aan het Rijk.
Leningen aan openbare lichamen (artikel 1 van de wet fido)
De door de provincie verstrekte leningen aan openbare lichamen, als bedoeld in artikel 1, onderdeel a,
van de Wet financiering decentrale overheden, zijn als volgt te specificeren.
Specificatie leningen aan gemeenten | |||||
(x € 1.000,--) | Stand 1 januari 2018 | Verstrekte leningen | Aflossing | Stand 31 december 2018 | Rente |
Gemeente Smallingerland | 5.000 | 5.000 | 38 | ||
Gemeente Velsen | 10.000 | 10.000 | 158 | ||
Gemeente Amsterdam | 10.000 | 10.000 | 120 | ||
Gemeente Maassluis | 7.000 | 7.000 | 36 | ||
Gemeente Oosterhout | 5.000 | 5.000 | 19 | ||
Gemeente Etten-Leur | 10.000 | 10.000 | 41 | ||
47.000 | 47.000 | 412 |
Overige langlopende leningen en uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer
De door de provincie verstrekte overige langlopende geldleningen zijn als volgt te specificeren.
(x € 1.000,--) | Stand 1 januari 2018 | Verstrekte leningen | Aflossing | Af-waardering | Conversie | Stand 31 december 2018 | Rente |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Hypotheken ambtenaren | 9.491 | 4.778 | 4.713 | 200 | |||
RTV Drenthe | 2.155 | 216 | 1.940 | 16 | |||
Leningen via NRF | 3.337 | 2328 | 272 | 5.393 | 39 | ||
Gemeente Emmen (DPE Next) | 5.700 | 300 | 5.400 | 162 | |||
Zonneleningen SVN | 6.314 | 2.723 | 9.037 | ||||
Asbestdaken SVN (verstrekt aan derden) | 0 | 1.809 | 26 | 1.783 | |||
Prolander ICT-investeringen | 933 | 467 | 467 | 0 | |||
Pro rata aandeelhouderslening Tranche D op Enexis BV | 317 | 317 | 0 | ||||
Stichting Energy Challenges* | 373 | 25 | -348 | 0 | |||
Noordelijk Lokaal Duurzaam Energie (Provincie Fryslan) | 150 | 44 | 106 | 7 | |||
Breedband Eco-Oostermoer | 190 | 10 | 180 | 3 | |||
Coöperatie De Kop Breed Roderwolde | 2.100 | 2.100 | 23 | ||||
Agrarisch Natuurbeheer (Het Drents Collectief) | 638 | 638 | 0 | ||||
Bio Energy Hartlief-Lammers BV | 143 | 29 | 114 | ||||
Landbouwbedrijf De Jong | 84 | 11 | 74 | ||||
Maatschappij van Weldadigheid | 855 | 48 | 808 | 17 | |||
Coöperatie Breedband Noordenveld Zuidwest (t.b.v. wit gebied) | 3.124 | 388 | 3.512 | 28 | |||
Coöperatie Breedband Noordenveld Zuidwest (t.b.v. grijs gebied) | 426 | 53 | 479 | 19 | |||
Coöperatie Sterk Midden-Drenthe UA (t.b.v. wit gebied) | 5.424 | 2.076 | 7.500 | 48 | |||
Coöperatie Sterk Midden-Drenthe UA (t.b.v. grijs gebied) | 1.988 | 762 | 2.750 | 99 | |||
Glasvezel De Wolden | 4.613 | 4.387 | 9.000 | 59 | |||
Kredietunie Noord Drenthe U.A. | 0 | 50 | 50 | 1 | |||
Re-Net glasvezel Hoogeveen | 0 | 2.155 | 2.155 | 4 | |||
Drentse Energie Organisatie (DEO) | 0 | 29.200 | 29.200 | 0 | |||
Verstrekte geldleningen (deposito's) | 26.877 | 7.000 | -61 | 19.938 | 957 | ||
75.231 | 45.931 | 13.224 | -411 | 107.652 | 1.682 |
* In de post Stichting Energy Challenges van de verstrekte langlopende geldleningen is per 31-12-2018 rekening gehouden met een voorziening voor eventuele oninbaarheid van € 348.000,--.
Vlottende activa
Voorraden
Boekwaarde | Boekwaarde | |
---|---|---|
31-12-2018 | 31-12-2017 | |
Onderhanden werk voor derden | 0 | -61 |
Voorraad VVV-bonnen | 9 | 4 |
Totaal voorraden | 9 | -57 |
Onderhanden werk voor derden
De onderhanden werken zijn opgenomen tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, verminderd met eventuele opbrengsten.
Voorraad VVV-bonnen
Deze voorraad is gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen
nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening gevormd. Deze voorziening wordt statisch bepaald.
De post uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar wordt onderscheiden in:
(x € 1.000,--) | Stand 31 december 2018 | Voorziening oninbaarheid | Boekwaarde 31 December 2018 | Boekwaarde 31 december 2017 |
---|---|---|---|---|
Vorderingen op openbare lichamen | 10.009 | 10.009 | 9.818 | |
Rekening-courantverhoudingen met het Rijk | 149.488 | 149.488 | 185.111 | |
Overige vorderingen | 7.184 | 4.948 | 2.236 | 7.724 |
Totaal | 166.681 | 4.948 | 161.733 | 202.653 |
Op de overige vorderingen is een voorziening voor mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht van
€ 5.296.000,--. Van het saldo van overige vorderingen op 31 december 2018 resteert per 4 februari 2019 € 8.786.162,-- .
Schatkistbankieren
Drempelbedrag
In principe dienen alle overtollige middelen in de schatkist te worden aangehouden. Er zijn echter enkele uitzonderingen. Eén daarvan is het drempelbedrag. Dat is een minimumbedrag (afhankelijk van de omvang van de decentrale overheid) dat gemiddeld per kwartaal buiten de schatkist mag worden gehouden. Voor de provincie Drenthe is dat voor 2018 € 2.098.000,--.
Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren
Het drempelbedrag is bedoeld om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen: niet elke laatste euro
hoeft in de schatkist te worden aangehouden. In principe hoeven dus alleen de liquide middelen die
boven het drempelbedrag uitgaan in de schatkist te worden aangehouden. In 2018 hebben geen
overschrijdingen plaatsgevonden van het drempelbedrag. In onderstaande tabel is te zien wat de
benutting van het drempelbedrag schatkistbankieren gedurende de vier kwartalen 2018 is geweest.
Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren | |||||
---|---|---|---|---|---|
(x € 1.000,--) | Verslagjaar | ||||
(1) | Drempelbedrag | 2.098 | 2.098 | 2.098 | 2.098 |
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(2) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen | 1 | 5 | 9 | 5 |
(3a)=(1)>(2) | Ruimte onder het drempelbedrag | 2.097 | 2.093 | 2.089 | 2.093 |
(3b)=(2)<(1) | Overschrijding van het drempelbedrag | ||||
(1) Berekening drempelbedrag | |||||
(x € 1.000,--) | Verslagjaar | ||||
(4a) | Begrotingstotaal verslagjaar | 279.707 | |||
(4b) | Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan 500 miljoen | 279.707 | |||
(4c) | Het deel van het begrotingstotaal dat de 500 miljoen te boven gaat | 0 | |||
(1)=(4b)*0.0075+(4c)*0,002 met een maximum van €250.000,- | Drempelbedrag | 2.098 | |||
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen | |||||
(x € 1.000,--) | Verslagjaar | ||||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(5a) | Som van de per dag buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) | 61 | 480 | 847 | 466 |
(5b) | Dagen in het kwartaal | 90 | 91 | 92 | 92 |
(2a)-(5a)/(5b) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen | 1 | 5 | 9 | 5 |
Liquide middelen
De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
(x € 1.000,--) | Boekwaarde 31 december 2018 | Boekwaarde 31 december 2017 |
---|---|---|
Kassaldo | ||
Kas | ||
Banksaldi | ||
ABN-Amro | 0 | 907 |
Groenfonds op Drentse Maat | 1.148 | 1.218 |
Groenfonds Eerste bebossing landbouwgrond | 885 | 945 |
Groenfonds Klimaatbos Drenthe | 366 | 367 |
Nationaal Restauratiefonds Hypotheken | 1.525 | 2.178 |
Nationaal Restauratiefonds Subsidies | 5 | 5 |
ING | 5 | 1 |
ING Beleggingsrekening | 1 | 1 |
Nationaal Restauratiefonds Uitvoeringsprogramma Koloniën van Weldadigheid | 802 | 802 |
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten Energiebesparing Provincie Drenthe | 222 | 237 |
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten Duurzaamheidsrekening Provincie Drenthe/Assen | 29 | 29 |
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten Energiebesparing Gemeente Meppel | 63 | 51 |
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse GemeentenSanering asbestdaken | 2.719 | 0 |
Totaal liquide middelen | 7.768 | 6.739 |
Overlopende activa
De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
De in de balans opgenomen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan zijn door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel kunnen als volgt worden gespecificeerd.
(x € 1.000,--) | Saldo | Saldo |
---|---|---|
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen van: | ||
Europese overheidslichamen | ||
Het Rijk | ||
Overige Nederlandse overheidslichamen | 2.616 | 3.785 |
Overige nog te ontvangen bedragen | 20.550 | 19.750 |
Vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen | 6.229 | 11.537 |
Totaal overlopende activa | 29.395 | 35.072 |
(x € 1.000,--) | Saldo | Toevoegingen | Ontvangen bedragen | Saldo |
---|---|---|---|---|
Europese overheidslichamen | ||||
Het Rijk | ||||
Overige Nederlandse overheidslichamen | ||||
Open Bedrijven Dag Drenthe | 6 | 6 | 0 | |
Energiepotentie oppervlaktewater | 14 | 14 | 0 | |
Provinciaal Werkgelegenheidsregister | 24 | 22 | 24 | 22 |
Bodemsaneringen | 865 | 179 | 1.044 | |
Deltaplan Agrarische Waterbeheer (deel Waterschap) | 671 | 671 | ||
nog te ontvangen rente verstrekte geldleningen gemeenten | 103 | 103 | ||
DVO OV-Bureau | 15 | 15 | ||
Renovatie gemaal Eefde | 11 | 11 | ||
Nog te ontvangen rente en aflossing lening NLD | 0 | 44 | 44 | |
RVO beschikking provincie Groningen | 68 | 68 | ||
Topdutch NOM (aandeel andere provincies) | 99 | 99 | ||
POP3 | 1.708 | 1.708 | ||
Totaal van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel | 2.616 | 1.212 | 44 | 3.785 |
Vaste passiva
Algemeen
Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vaste passiva een toelichting gegeven.
De vaste passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij bij het betreffende balanshoofd
anders staat vermeld. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.
Eigen vermogen
Boekwaarde | Boekwaarde | |
---|---|---|
31 december 2018 | 31 december 2017 | |
€ | € | |
Reserves, gespecificeerd naar: | ||
– algemene reserve | 46.863 | 36.485 |
– bestemmingsreserve | 322.473 | 313.233 |
Het gerealiseerde resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening | 34.506 | 21.644 |
Totaal eigen vermogen | 403.842 | 371.362 |
In het BBV worden reserves omschreven als vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan
te merken en die vanuit bedrijfseconomisch oogpunt vrij te besteden zijn. De vaststelling van de
noodzakelijke omvang van reserves is een zaak van Provinciale Staten. Daarom worden reserves ook
wel onderverdeeld in algemene en bestemmingsreserves. Zodra Provinciale Staten aan een reserve
een bepaalde bestemming hebben gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Om die reden
kunnen bestemmingsreserves naar de situatie ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen.
Heeft een reserve geen bestemming dan wordt het een algemene reserve genoemd. Zowel reserves
als voorzieningen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Een gedetailleerd overzicht van alle
reserves is opgenomen aan het eind van deze paragraaf.
Voorzieningen
Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen (schulden) van de provincie. Om die reden kunnen voorzieningen naar de situatie per ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Voorzieningen worden gewaardeerd op de contante waarde/het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies.
Voorzieningen worden gevormd indien er sprake is van:
• Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten.
• Op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten.
• Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren.
• Bijdragen (spaarcomponent) aan toekomstige vervangingsinvesteringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing wordt geheven.
• Middelen verkregen van derden, die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen verkregen van Europese en Nederlandse overheidslichamen met een specifiek bestedingsdoel, die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren.
De vorming van een voorziening, dan wel een dotatie aan een reeds bestaande voorziening, is als een last in het betreffende boekjaar verantwoord. Alle aanwendingen aan voorzieningen zijn rechtstreeks ten laste van de voorziening gebracht en in het verslagjaar niet ten laste van de exploitatie verantwoord.
Aan voorzieningen ter egalisatie van (onderhouds)lasten van kapitaalgoederen over meerdere begrotingsjaren ligt een actueel (beheer)plan ten grondslag. Uitgevoerd achterstallig onderhoud is daarbij ten laste van de exploitatie verantwoord. Deze lasten zijn niet ten laste van de gevormde voorziening gebracht.
Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Voor het bepalen van het “jaarlijks vergelijkbaar volume” is een tijdsperiode van vier jaar gehanteerd.
Vlottende passiva
Algemeen
Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vlottende passiva een toelichting gegeven.
De vlottende passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij bij het betreffende balanshoofd
anders staat vermeld. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.
Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
De netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
31 december 2018 | 31 december 2017 | Ontwikkeling | |
---|---|---|---|
Overige schulden | 9.051 | 10.063 | -1.012 |
Rekening-courantsaldi | 14.555 | 27.339 | -12.784 |
Totaal | 23.606 | 37.402 | -13.796 |
Het openstaande bedrag aan crediteuren, dat onder overige schulden is gerangschikt, is per
31 december 2018 € 8.272.000,--. In dit bedrag is het crediteurensaldo van Prolander (bedrijf 3
Drenthe) van € 207.000,-- opgenomen. Van het totale saldo crediteuren op 31 december 2018 resteert
per 4 februari 2019 nog € 215.453,--.
De saldi van diverse rekening-courantrekeningen hebben voornamelijk betrekking op Europese of
regionale projecten, waarvoor de provincie de administratie voert. De posten met het grootste saldo
betreffen de rekening-courantrekeningen Aandeelhouders NOM. Daar staat een bedrag van
€ 12.235.000,-- beschikbaar. Dit betreft een saldo van de zgn. “terugploegkorting” dat bedongen is bij de aankoop van de aandelen van de NOM. Dat bedrag zal door de aandeelhouders van de NOM worden besteed ter stimulering van het (innovatieve) MKB in Noord-Nederland en staat bij de provincie tijdelijk op de rekening.
31 december 2018 | 31 december 2017 | Ontwikkeling | |
---|---|---|---|
Aandeelhouders NOM | 2.568 | 3.409 | -841 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting gezamenlijk) | 2.141 | 4.850 | -2.710 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Groningen) | 1.100 | 4.850 | -3.750 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Friesland) | 100 | 4.850 | -4.750 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Drenthe) | 4.850 | 4.850 | 0 |
Totaal | 10.760 | 22.811 | -12.052 |
Overlopende passiva
(x € 1.000,--) | Saldo | Saldo |
---|---|---|
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend | 74.634 | 63.404 |
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen van: | ||
Europese overheidslichamen | ||
Het Rijk | 2.973 | 1.986 |
Overige Nederlandse overheidslichamen | 31.985 | 26.924 |
Overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen | 11.380 | 11.809 |
Totaal overlopende passiva | 120.973 | 104.122 |
De in de balans opgenomen vooruit ontvangen voorschotbedragen voor specifieke uitkeringen die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren kunnen als volgt worden gespecificeerd.
(x € 1.000,--) | Saldo | Ontvangen bedragen | Vrijgevallen bedragen | Terug betalingen | Saldo |
---|---|---|---|---|---|
Europese overheidslichamen | |||||
Het Rijk | |||||
Bodemsaneringen | 2.205 | 219 | 1.986 | ||
Regionaal Sectorplan Vrijetijdssector Drenthe | 768 | 768 | 0 | ||
Overige Nederlandse overheidslichamen | |||||
Regionaal Mobiliteitsfonds RSP | 29.568 | 8670 | 20.898 | ||
Bedrijvenregeling | 0 | 1.161 | 1161 | ||
Prolander | 896 | 473 | 423 | ||
Bodemsaneringen | 755 | 755 | |||
Grondig boeren met mais 3 | 24 | 24 | |||
Energiepotentie oppervlaktewater | 8 | 8 | 0 | ||
Verplaatsen borden gemeente Westerveld | 0 | 5 | 5 | ||
Gemaal Eelde | 50 | 19 | 31 | ||
Verkeers- en vervoersberaad | 685 | 2.942 | 3627 | ||
Totaal van de van EU en NL overheidslichamen ontvangen voorschot-bedragen voor specifieke uitkeringen die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren | 34.958 | 4.108 | 10.157 | 0 | 28.910 |
Niet in de balans opgenomen rechten/verplichtingen
Recht op verliescompensatie in het kader van de vennootschapsbelasting
Op dit moment is bij provincie Drenthe geen sprake van belastbare activiteiten in het kader van de
vennootschapsbelasting. Dit betekent dat geen sprake is van recht op verliescompensatie in het kader van vennootschapsbelasting.
Aan natuurlijke en rechtspersonen verstrekte borgstellingen of garantstellingen
Voor zover leningen door de provincie gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag
van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen.
(x € 1.000,--) | Aard | Oorspronkelijk bedrag | Restant 1 januari 2018 | Saldo Restant 31 december 2018 | Betalingen gedurende 2018 |
---|---|---|---|---|---|
St. Provinciale Bibliotheek te Assen | Borg | 454 | 58 | 30 | |
St. Provinciale Bibliotheek te Assen | Borg | 839 | 165 | 112 | |
Lentes Groningen (St.GGZ Groningen) | Borg | 4.112 | 567 | 425 | |
Hendrik van Boeijenoord (St.GGZ Drenthe) | Borg | 3.950 | 988 | 0 | |
St Interzorg Noord Nederland | Borg | 998 | 45 | 0 | |
Totaal borgstellingen | 10.353 | 1.823 | 567 | 0 |
(x € 1.000,--) | Aard | Oorspronkelijk bedrag | Restant 1 januari 2018 | Saldo Restant 31 december 2018 | Betalingen gedurende 2018 |
---|---|---|---|---|---|
Regionaal Sectorplan Vrijetijdssector Drenthe, | Garantie | 640 | 640 | 0 | |
Stichting Nationaal Energiebespaarfonds | Garantie | 100 | 100 | ||
Triodosbank | 1200 | 1200 | |||
Totaal garantstellingen | 1.940 | 640 | 1.300 | 0 |
Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de provincie voor toekomstige jaren is verbonden
Op grond van artikel 53 van het BBV worden in de toelichting bij de balans opgenomen de niet in de
balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de provincie voor toekomstige jaren
is gebonden.
Overeenkomsten
Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de gemeente voor toekomstige jaren is verbonden | |
---|---|
Catering | 91 |
Beveiliging, receptie en telefonie | 236 |
Drukwerkmachines | 150 |
Schoonmaak | 268 |
Autolease en autohuur | 374 |
Verzekeringen | 181 |
Accountantskosten | 93 |
Gas, water en elektriciteit | 270 |
Onderhoud hard- en software | 2.184 |
Totaal | 3.847 |
Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen
Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen
voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. Deze personele lasten worden
verantwoord in het jaar waarin de uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan
overlopende vakantiegeld- en (spaar)verlofaanspraken.
Bestuursakkoord Natuur
Functiewijziging | 27.701.237 |
Inrichting | 0 |
Agrarisch natuurbeheer | 11.555.243 |
Natuurbeheer | 28.544.087 |
Landschapsbeheer | 2.044.662 |
Totaal | 69.845.229 |
In de periode voorafgaand aan de ILG-periode 2007 – 2013 zijn de door de Dienst Regelingen (thans
RVO; Rijksdienst voor Ondernemend Nederland), onderdeel van het Ministerie van Economische
Zaken, verplichtingen aangegaan naar particulieren en terrein beherende organisaties voor de
inrichting en beheer van nieuwe natuur. Daarnaast zijn verplichtingen voor functieverandering
aangegaan zodat agrarische grond kon worden omgezet naar natuur. Als gevolg van de afronding van
het Investeringsbudget Landelijk Gebied en het aangaan van het bestuursakkoord Natuur zijn deze
verplichtingen overgegaan naar de provincies. Dit betekent dat de provincie verantwoordelijk is voor de uitfinanciering van de door RVO aangegane verplichtingen, in plaats van het Rijk. Door de Commissie Besluit Begroting en Verantwoording is besloten dat de verantwoordingswijze van subsidies die zijn verstrekt voor 1-1-2014 ongewijzigd blijft. Dit betekent dat de jaarlijks uitbetaalde jaarschijf wordt verantwoord als last en de resterende verplichting wordt toegelicht onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen. Verder zijn van de nieuwe 6-jarige beheer contracten, de verplichtingen voor toekomstige beheerjaren meegenomen in het bovenstaande overzicht van niet uit de balans blijkende verplichtingen.
Hierna volgt een gedetailleerd overzicht van alle reserves en voorzieningen, zie ook paragraaf Reserves en voorzieningen. NB: voor 2018 is geen sprake van toerekening van rente aan reserves of voorzieningen. De verminderingen i.v.m. afschrijvingen op activa zijn opgenomen in de kolom Begrote verminderingen.
Totaaloverzicht bij paragraaf reserves en voorzieningen | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Saldo | 2018 | 2018 | 2018 | Saldo | 2018 | Saldo | 2019 | 2019 | ||
Nummer | Omschrijving | 31 dec. 2017 | Begrote | Begrote | Begrote | 31 dec. 2018 | Resultaat | 31 dec. 2018 | Begrote | Begrote |
Algemene Reserves | Na bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | Verminderingen | Voor bestemming resultaat reserves | Op reserves | Na bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | |
050001 | Reserve voor algemene doeleinden | 4.909.606 | 529.165 | 2.125.000 | 3.313.771 | 3.313.771 | 2.557.787 | |||
050002 | Saldireserve | 13.124.302 | 18.408.460 | 14.483.467 | 17.049.295 | 17.049.295 | 3.493.386 | |||
050005 | Risicoreserve | 27.500.000 | 1.000.000 | 26.500.000 | 1.353.000- | 25.147.000 | ||||
Totaal algemene reserves | 45.533.908 | - | 18.937.625 | 17.608.467 | 46.863.066 | 1.353.000- | 45.510.066 | - | 6.051.173 | |
Saldo | 2018 | 2018 | 2018 | Saldo | 2018 | Saldo | 2019 | 2019 | ||
Nummer | Omschrijving | 31 dec. 2017 | Begrote | Begrote | Begrote | 31 dec. 2018 | Resultaat | 31 dec. 2018 | Begrote | Begrote |
Bestemmingsreserves | Na bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | Verminderingen | Voor bestemming resultaat reserves | Op reserves | Na bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | |
060124 | Reserve beheer vaarweg Meppel-De Punt | 3.176.840 | 248.465 | 634.500 | 2.790.805 | 2.790.805 | 248.465 | |||
060150 | Reserve versterking economische structuur | 6.880.961 | 400.000 | 1.700.000 | 5.580.961 | 1.490.247- | 4.090.714 | 400.000 | ||
060199 | Reserve Investeringen verkeer en vervoer | 41.812.196 | 2.989.080 | 750.837 | 44.050.439 | 14.937.238 | 58.987.677 | 3.403.776 | ||
060215 | Reserve provinciaal aandeel ILG | 9.763.862 | 1.663.137 | 2.377.367 | 9.049.632 | 166.938 | 9.216.570 | 2.371.782 | ||
060218 | Reserve Regio Specifiek Pakket | 25.128.842 | 383.391 | 23.004.932 | 28.882.779 | 19.634.386 | 5.497.470 | 25.131.856 | 383.437 | 37.852.240 |
060221 | Financieringsreserve | 56.570.462 | 32.280.000 | 9.600.000 | 79.250.462 | 79.250.462 | 6.000.000 | |||
060222 | Reserve Vitaal Platteland | 3.095.260 | 1.889.392 | 2.840.653 | 2.143.999 | 270.125 | 2.414.124 | |||
060223 | Cofinancieringsreserve Europa | 19.132.844 | 2.690.032 | 7.431.900 | 14.390.976 | 1.930.674 | 16.321.650 | 393.030 | ||
060225 | Reserve opvang revolverend financieren | 14.598.879 | 6.107.192 | 20.706.071 | 372.500- | 20.333.571 | 1.000.000 | |||
060227 | Reserve natuurbeleid | 92.774.280 | 8.493.778 | 9.870.213 | 91.397.845 | 1.070.307- | 90.327.538 | 12.760.450 | ||
060228 | Reserve investeringsagenda | 24.145.000 | 6.400.000 | 21.820.000 | 8.725.000 | 8.725.000 | 5.100.000 | |||
060229 | Egalisatiereserve groot (variabel) onderhoud wegen en vaarwegen | 2.231.833 | 2.142.328 | 1.936.849 | 2.437.312 | 409.764 | 2.847.076 | |||
060230 | Egalisatiereserve voormalige bdu verkeer en vervoer | 12.566.458 | 2.663.634 | 5.387.445 | 9.842.647 | 2.609.799 | 12.452.446 | 1.295.939 | ||
060231 | Reserve investeringsbijdrage Groningen Airport Eelde | 13.650.000 | 2.785.000 | 10.865.000 | 21.811- | 10.843.189 | ||||
060232 | Reserve uitvoering generatiepact | 300.000 | 1.628.000 | 320.000 | 1.608.000 | 40.892- | 1.567.108 | 1.366.400 | ||
060233 | Reserve persoonlijk ontwikkelbudget (POB) | - | - | 283.771 | 283.771 | |||||
Totaal bestemmingsreserves | 325.827.717 | 383.391 | 92.599.970 | 96.337.543 | 322.473.535 | 23.110.022 | 345.583.557 | 383.437 | 72.192.082 | |
Totalen algemene en bestemmingsreserves | 371.361.626 | 383.391 | 111.537.595 | 113.946.010 | 369.336.602 | 21.757.022 | 391.093.624 | 383.437 | 78.243.255 |
2019 | Saldo | 2020 | 2020 | 2020 | Saldo | 2021 | 2021 | 2021 |
Begrote | 31 dec. 2019 | Begrote | Begrote | Begrote | 31 dec. 2020 | Begrote | Begrote | Begrote |
Verminderingen | Voor bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | Verminderingen | Voor bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | Verminderingen |
5.871.558 | 461.949 | 6.333.507 | 461.949 | |||||
12.660.532 | 7.882.149 | 461.949 | 7.636.468 | 707.630 | 461.949 | 894.579 | ||
25.147.000 | 25.147.000 | |||||||
12.660.532 | 38.900.707 | - | 923.898 | 7.636.468 | 32.188.137 | - | 923.898 | 894.579 |
2019 | Saldo | 2020 | 2020 | 2020 | Saldo | 2021 | 2021 | 2021 |
Begrote | 31 dec. 2019 | Begrote | Begrote | Begrote | 31 dec. 2020 | Begrote | Begrote | Begrote |
Verminderingen | Voor bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | Verminderingen | Voor bestemming resultaat reserves | Rente | Vermeerderingen | Verminderingen |
340.000 | 2.699.270 | 248.465 | 2.947.735 | 248.465 | ||||
4.490.714 | 400.000 | 4.890.714 | 400.000 | |||||
1.885.013 | 60.506.440 | 1.472.658 | 2.171.619 | 59.807.479 | 4.084.592 | 4.831.740 | ||
3.751.970 | 7.836.382 | 1.127.239 | 6.709.143 | 1.121.882 | ||||
35.249.319 | 28.118.213 | 429.000 | 7.905.495 | 25.690.212 | 10.762.496 | 123.769 | 5.036.000 | |
9.100.000 | 76.150.462 | - | 5.100.000 | 71.050.462 | - | 5.100.000 | ||
1.443.750 | 970.374 | 970.374 | ||||||
13.144.011 | 3.570.669 | 4.000.000 | 2.000.000 | 5.570.669 | 2.000.000 | 2.000.000 | ||
21.333.571 | 21.333.571 | |||||||
11.693.851 | 91.394.137 | 1.437.394 | 11.854.249 | 80.977.282 | 12.321.860 | |||
16.345.000 | 2.520.000- | 5.100.000 | 1.920.000 | 660.000 | 5.100.000 | 1.510.000 | ||
2.135.413 | 711.663 | 2.659.251 | 3.370.914 | 2.841.751 | ||||
2.158.000 | 11.590.385 | 1.854.926 | 2.158.000 | 11.287.311 | 1.854.926 | 2.158.000 | ||
1.585.000 | 9.258.189 | 1.585.000 | 7.673.189 | 1.085.000 | ||||
416.000 | 2.517.508 | 166.400 | 404.000 | 2.279.908 | 166.400 | 380.000 | ||
283.771 | 283.771 | |||||||
99.247.327 | 318.911.749 | 429.000 | 25.244.589 | 54.010.319 | 290.575.019 | 123.769 | 16.696.134 | 35.544.482 |
111.907.859 | 357.812.456 | 429.000 | 26.168.487 | 61.646.787 | 322.763.156 | 123.769 | 17.620.032 | 36.439.061 |
Saldo | 2018 | 2018 | 2018 | 2018 | Saldo | 2019 | 2019 | |||
31 dec. 2017 | Vrijgevallen | Toevoegingen | Aanwendingen | 31 dec. 2018 | Resultaat | 31 dec. 2018 | Vrijgevallen | Toevoegingen | ||
Nummer | Omschrijving | bedragen | Begroot | ten opzichte begroting | bedragen | |||||
Voorzieningen middelen derden | ||||||||||
072110 | Voorziening spaarhypotheken | 2.147.093 | 100.000 | 250.000 | 1.997.093 | 697.091- | 1.300.002 | 100.000 | ||
083185 | Voorziening monitoring voormalige stortplaatsen | 1.108.924 | 1.108.924 | 6.957- | 1.101.967 | |||||
083186 | Voorziening Grondwaterheffing | 1.120.392 | 700.000 | 700.000 | 1.120.392 | 47.887- | 1.072.505 | 700.000 | ||
Totaal voorzieningen middelen derden | 4.376.409 | - | 800.000 | 950.000 | 4.226.409 | 751.935- | 3.474.474 | - | 800.000 | |
Voorzieningen ter egalisering van kosten | ||||||||||
083173 | Voorziening groot onderhoud provinciehuis | 1.429.096 | 339.317 | 591.981 | 1.176.432 | 360.344 | 1.536.776 | 364.826 | ||
083177 | Voorziening groot onderhoud Drents Museum | 364.905 | 151.128 | 58.098 | 457.935 | 4.185 | 462.120 | 151.128 | ||
083182 | Voorziening groot onderhoud Depot Drents Museum | 87.520 | 41.787 | 35.779 | 93.528 | 35.779 | 129.307 | 31.947 | 41.787 | |
083187 | Voorziening meerjaren onderhoud Huize Tetrode | - | 10.565 | 10.565 | 10.565 | 10.565 | ||||
Totaal voorzieningen ter egalisering van kosten | 1.881.521 | - | 542.797 | 685.858 | 1.738.460 | 400.308 | 2.138.768 | 31.947 | 568.306 | |
Voorzieningen verplichtingen, verliezen en risico's | ||||||||||
083181 | Voorziening Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) | 7.905.591 | 290.000 | 350.000 | 7.845.591 | 291.863 | 8.137.454 | 290.000 | ||
Totaal voorzieningen verplichtingen, verliezen en risico's | 7.905.591 | - | 290.000 | 350.000 | 7.845.591 | 291.863 | 8.137.454 | - | 290.000 | |
Totalen alle voorzieningen | 14.163.522 | - | 1.632.797 | 1.985.858 | 13.810.461 | 59.764- | 13.750.697 | 31.947 | 1.658.306 | |
- | ||||||||||
Saldo reserves en voorzieningen | 385.525.148 | 383.391 | 113.170.392 | 115.931.868 | 383.147.062 | 21.697.258 | 404.844.320 | 415.384 | 79.901.561 |
2019 | 2020 | 2020 | 2020 | 2021 | 2021 | 2021 | |||
Aanwendingen | 31 dec. 2019 | Vrijgevallen | Toevoegingen | Aanwendingen | 31 dec. 2020 | Vrijgevallen | Toevoegingen | Aanwendingen | 31 dec. 2021 |
Begroot | bedragen | Begroot | bedragen | Begroot | |||||
250.000 | 1.150.002 | 100.000 | 250.000 | 1.000.002 | 100.000 | 250.000 | 850.002 | ||
1.101.967 | 1.101.967 | 1.101.967 | |||||||
700.000 | 1.072.505 | 700.000 | 700.000 | 1.072.505 | 700.000 | 700.000 | 1.072.505 | ||
950.000 | 3.324.474 | - | 800.000 | 950.000 | 3.174.474 | - | 800.000 | 950.000 | 3.024.474 |
386.843 | 1.514.759 | 339.317 | 429.490 | 1.424.586 | 339.317 | 132.253 | 1.631.650 | ||
251.217 | 362.031 | 151.128 | 88.373 | 424.786 | 151.128 | 152.284 | 423.630 | ||
3.832 | 135.315 | 41.787 | 386 | 176.716 | 41.787 | 45.750 | 172.753 | ||
2.907 | 18.223 | 10.565 | - | 28.789 | 10.565 | 7.375 | 31.979 | ||
644.799 | 2.030.328 | - | 542.797 | 518.249 | 2.054.877 | - | 542.797 | 337.662 | 2.260.012 |
350.000 | 8.077.454 | 290.000 | 350.000 | 8.017.454 | 290.000 | 350.000 | 7.957.454 | ||
350.000 | 8.077.454 | - | 290.000 | 350.000 | 8.017.454 | - | 290.000 | 350.000 | 7.957.454 |
1.944.799 | 13.432.257 | - | 1.632.797 | 1.818.249 | 13.246.806 | - | 1.632.797 | 1.637.662 | 13.241.941 |
113.852.658 | 371.244.714 | 429.000 | 27.801.284 | 63.465.036 | 336.009.961 | 123.769 | 19.252.829 | 38.076.723 | 317.309.837 |
Gebeurtenissen na balansdatum
Bij het opmaken van de jaarrekening is geen sprake van gebeurtenissen na balansdatum die op grond van het BBV moeten worden verwerkt en/of toegelicht in de jaarrekening.