Jaarverslag 2018

III.1.3 Rapportage wet dwangsom

Achtergrond
Per 1 oktober 2009 is de Wet dwangsom en beroep bij niet-tijdig beslissen in werking getreden.
Hierin is vastgelegd in welke gevallen aanvragers recht hebben op een dwangsom als een
bestuursorgaan niet tijdig beslist op een aanvraag. Vanaf 1 oktober 2016 is de Wet dwangsom niet
langer van toepassing op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob)

Aanvragen en afhandelen
De wet kent termijnen waarbinnen aanvragen moeten zijn afgehandeld. Daarnaast zijn er gronden
waarop deze termijn opgeschort/verdaagd kan worden. Het betreft doorgaans complexe aanvragen
waarbij bijvoorbeeld veel overleg noodzakelijk is, of aanvragen waarbij Europese subsidies gemoeid
zijn met andere behandeltermijnen. De aanvrager wordt hier altijd over geïnformeerd.

Ingebrekestellingen en dwangsommen
Als de beslistermijn is overschreden, kan de aanvrager een ingebrekestelling indienen. Als niet binnen
2 weken na ontvangst van de ingebrekestelling alsnog een besluit wordt genomen, begint de
dwangsom te lopen. De dwangsom kan oplopen tot maximaal € 1.260,--.

Evaluatie
In 2018 zijn 5317 brieven/aanvragen binnengekomen bij de provincie. Hieronder zijn 1723 verzoeken
met een risico van dwangsom. Binnen de wettelijke beslistermijn zijn in 2018 1408 verzoeken afgehandeld. Tot uiterlijk 8 weken na termijnoverschrijding komt het aantal afgehandelde verzoeken
op 1646. In 42 zaken is de termijnoverschrijding langer dan 8 weken. Op 7 januari 2019 waren 35 verzoeken met risico van dwangsom in behandeling.

Desondanks zijn we erin geslaagd om betrokken partijen een goede uitkomst te bieden waardoor in 2018 geen ingebrekestellingen gemeld zijn of dwangsommen zijn uitgekeerd.

ga terug